De mondgezondheid van mensen in Nederland verschilt sterk tussen verschillende sociaaleconomische groepen. Dit blijkt uit de Monitor Mondgezondheid 2024 van het RIVM, waarin voor het eerst gekeken is naar de impact van sociaaleconomische factoren op de mondgezondheid.
De rapportage biedt een diepere kijk op hoe inkomen, opleidingsniveau en arbeidsverleden de mondzorg beïnvloeden.
Lagere sociaaleconomische groepen slechtere mondgezondheid
Uit de gegevens van het RIVM blijkt dat mensen in de laagste sociaaleconomische groep minder vaak hun mondgezondheid als ‘goed’ of ‘zeer goed’ beoordelen. Slechts 66% van deze groep geeft aan dat hun mondgezondheid goed is, terwijl dit percentage in de hoogste sociaaleconomische groep op 80% ligt. Deze kloof in ervaringen met mondgezondheid wordt verder versterkt door andere cijfers uit het onderzoek.
Lees ook: Je tanden verzorgen doe je tegenwoordig met deze moderne foefjes.
De tekst gaat onder de video verder >>
Bezoek aan tandarts en mondhygiënist verschilt
Een opvallend verschil tussen sociaaleconomische groepen is het aantal mensen dat regelmatig naar de tandarts of mondhygiënist gaat. In de laagste sociaaleconomische groep geeft 71% aan jaarlijks een mondzorgverlener te bezoeken, terwijl dit in de hoogste groep 91% is. Dit verschil in tandartsbezoek kan deels verklaren waarom mensen uit lagere sociaaleconomische groepen vaker kampen met gebitsproblemen, zoals het gebruik van een kunstgebit of het ontbreken van meerdere tanden en kiezen.
Gezondheidsverschillen in gebit
Mensen uit lagere sociaaleconomische groepen hebben vaker een kunstgebit, al dan niet gedeeltelijk. Ook komt het vaker voor dat zij minder dan 20 echte tanden of kiezen hebben. Dit staat in schril contrast met de hogere sociaaleconomische groepen, waar mensen doorgaans een vollediger gebit hebben. Dit verschil wijst op de bredere invloed van sociaaleconomische status op de mondgezondheid op de lange termijn.
Lees verder onder deze video >>
Toegenomen bezoek aan mondzorgverleners
Er zijn echter ook positieve ontwikkelingen te melden. In het algemeen neemt het aantal mensen dat de mondhygiënist bezoekt toe, wat wijst op een groeiend besef van het belang van mondverzorging. Hoewel het percentage volwassenen en jongeren dat de tandarts bezoekt relatief stabiel blijft tussen de 80 en 85%, zien we wel een stijging onder 65-plussers. Deze groep heeft nu langer hun eigen tanden en kiezen behouden, wat mogelijk bijdraagt aan een grotere behoefte aan tandartsbezoeken op latere leeftijd.
De toekomst van de monitor mondgezondheid
De Monitor Mondgezondheid biedt een waardevolle basis voor verder onderzoek naar mondgezondheid in Nederland. De gegevens zijn afkomstig uit de Gezondheidsenquête van het CBS en de Leefstijlmonitor van het RIVM, aangevuld met informatie van het Zorginstituut Nederland. In de toekomst zullen de gegevens verder worden aangevuld, onder andere met informatie die door mondzorgprofessionals wordt verzameld. Dit biedt meer inzicht in de mondgezondheid van verschillende bevolkingsgroepen en de factoren die bijdragen aan de verschillen in mondzorg.
De komende jaren kunnen we dus verwachten dat deze monitor steeds meer informatie zal leveren, die helpt om mondgezondheid toegankelijker en effectiever te maken voor alle Nederlanders.
Foto: Canva