Het rolt zo uit je mond: ‘En ik, zei de gek’ of ‘mijn naam is haas’. Waar komen zulke bizarre gezegdes eigenlijk vandaan? En wat betekenen ze precies? We duiken in de boeken om dat voor je uit te zoeken!
Van die standaard uitdrukkingen en gezegdes, ze zijn eigenlijk een beetje cliché. Toch zitten ze zo in je systeem, dat je ze zegt zonder erbij na te denken. Wat eten we? Hussen met je neus ertussen. En als je rilt, zeg je dat er iemand over je graf loopt. Waar komen zulke rare uitspraken eigenlijk vandaan? Het antwoord zal je nog verbazen.
Boeken over uitdrukkingen en zegswijzen
1. Jetzt kommen die Kamelen
Deze gebruik je vast niet dagelijks. Je bedoelt: nou zul je het hebben en dan zeg je: jetzt kommen die Kamelen. Sommige mensen vullen het nog aan met: mit die grosse füssen, of mit die grosse bulten. De uitdrukking zou een verwijzing uit de Eerste Wereldoorlog zijn naar Engelse vliegtuigen. De Britten vlogen met een vliegtuigtype dat Sopwith Camel heet, in het Duits: Kamele. Naderden die de Duitse loopgraven, dan was dat geen goed teken. Zei een Duitse soldaat: ‘Da kommen die Kamelen’, dan was dat slecht nieuws. Wat hebben kamelenvoeten ermee te maken? Helemaal niks, dat zal een of andere lolbroek er wel bij hebben verzonnen.
2. Er springt een kikker over je graf
Brrrr, een koude rilling over je rug. ‘Er springt een kikker over je graf’, wordt er dan gezegd, of: ‘Er loopt iemand over je graf’. Wat een morbide uitspraak! Geen idee waar die vandaan komt, zelfs in oude spreekwoordenboeken wordt dat niet verklaard. Wel grappig dat ze in Duitsland een vergelijkbare uitdrukking kennen voor zo’n rare rilling zonder oorzaak, ook in Engeland wordt gezegd ‘Someone is stepping on my grave’ en in Friesland zeggen ze: ‘Der rint ien oer myn grêf.’
3. Daar komt de dominee voorbij
Tijdens een gezellig gesprek valt er een stilte. ‘Daar komt de dominee voorbij,’ is dan de cliché uitdrukking. Waarom eigenlijk? Als de dominee in een kamer is, durven mensen niet vrijuit te spreken, of ze houden liever helemaal hun mond, zodat er niks verkeerds uit kan komen.
4. Ik, zei de gek
Ook zoiets vreemds: waarom zou je jezelf gek noemen? In het oude spreekwoordenboek van P.J. Harrebomée staat dat je deze uitdrukking gebruikt om mensen te beschrijven die het altijd over zichzelf hebben. Misschien zeggen mensen het ook zelf, om aan te geven dat ze weten dat het niet netjes is om jezelf zo vaak te noemen.
5. Mijn naam is haas (en ik weet van niks)
Misschien ken je het lollige liedje van het Lowlands Trio uit 1974: ‘Mijn naam is haas, ik weet van niks, is er wat gebeurd dan, daar wist ik niks van.’ Het gezegde is veel ouder. De Duitse rechtenstudent Victor von Hase gaf in 1855 zijn paspoort aan een mede-student, die werd verdacht van moord, om naar het buitenland te vluchten. Toen Von Hase daar later op werd aangesproken in de rechtbank, zei hij: ‘Mein Name ist Hase, ich weiss von nichts.’ De Duitse uitdrukking werd letterlijk vertaald naar het Nederlands. Is er wat gebeurd dan?
6. Hussen, hussen met je neus er tussen
Standaard antwoord op: wat eten we vanavond? Je moet afwachten, en je er niet mee bemoeien. Het woord ‘hussen’ komt van door elkaar husselen, volgens Genootschap Onze Taal, denk maar aan hutspot. Het is een onzinrijmpje om te zeggen dat er van alles door elkaar gehusseld wordt.
In een oude editie van Van Dale staan varianten op de uitdrukking: ‘hussen met zinkorens’ of ‘hussen met prikken’, of ‘met sukenurie en wat water erover’, allemaal flauwe antwoorden als je als kind alleen maar wilde weten wat je die avond ging eten. Gebruik jij deze uitdrukking wel eens?
7. Dat gaat naar Den Bosch toe, zoete lieve Gerritje
Het is de eerste zin van een oud liedje, dat vooral als kinderliedje bekend staat. Onderzoekers zijn erachter dat het al in 1854 werd gezongen – als drinkeliedje – bijvoorbeeld door matrozen, op de melodie van een bekend Frans liedje uit die tijd, met de titel: Contre les chagrins de la vie.
De uitdrukking ‘Wie zal dat betalen’ komt uit hetzelfde liedje. Volgens een taalkundige werd het liedje ook gezongen tijdens verhuizingen. En die zoete lieve Gerritje, waar het hele liedje om draait? Dat zou volgens de overlevering een moordenaar zijn die ter dood wordt veroordeeld in Den Bosch (en voordat hij wordt opgehangen mag hij nog één borreltje drinken), of een bakker die zoete broodjes bakt, of de naam van een koe die in Den Bosch werd verkocht. In Den Bosch staat een standbeeld van zoete lieve Gerritje als vrolijk boerinnetje.
8. Dat kun je op je buik schrijven (en met je hemd uitvegen)
Iets op je buik schrijven is net zo nuttig als water naar de zee dragen. In het Duits is een vergelijkbare uitdrukking, vertaald: schrijf het maar in de schoorsteen. In oude Latijnse teksten komt ‘schrijf maar in het water’ voor, in dezelfde situaties. Soms wordt de uitdrukking nog langer gemaakt: en met je hemd uitvegen. Kortom: wat jij op je buik schrijft, gaat sowieso niet gebeuren. Waar komt die uitdrukking vandaan? Niemand weet het.
9. Zet ‘m op, witte muizen!
Eigenlijk een gekke manier om iemand succes te wensen. De uitdrukking komt uit de tijd van de mobilisatie voor de tweede wereldoorlog. Zet ‘m op, witte muizen, was een leus uit de luchtvaart. Op vliegtuigen werden zelfs witte muizen geschilderd! In kampen met krijgsgevangenen werd de kreet gebruikt om elkaar moed en sterkte te wensen bij zwaar werk.
In de Nieuwe Taalgids, een boek uit 1947 over de herkomst van woorden en uitdrukkingen, staat dat de uitdrukking ook kan verwijzen naar de soldatenlist in de eerste wereldoorlog, om witte muizen los te laten in een veld als er een gasaanval werd gevreesd. Die muizen waren duidelijk zichtbaar, en als ze bezweken aan het gas kon iedereen dat zien en snel z’n gasmasker opzetten.
Lees ook:
– Ken je deze oude spreekwoorden al?
Auteur: Sabina Posthumus