
De eerste resultaten van de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel zijn gisteren door de sector gepresenteerd. Gepensioneerden die als eerste de overstap maakten, zien hun pensioen stijgen met 4 tot 8 procent. Dit komt door de nieuwe opzet waarbij pensioenfondsen minder buffers hoeven aan te houden en rendementen sneller kunnen worden uitgekeerd.
Wat verandert er in het nieuwe pensioenstelsel?
Sinds januari 2025 zijn de eerste pensioenfondsen overgestapt naar het nieuwe stelsel, waarin iedere deelnemer een individueel pensioenpotje heeft. De hoogte van het pensioen hangt voortaan af van de behaalde rendementen op beleggingen. Hoe groter het vermogen in het potje, hoe hoger de pensioenuitkering. Dit verschilt van het oude stelsel, waar pensioenfondsen grote reserves moesten aanhouden en minder flexibiliteit hadden om rendementen uit te keren.
Annette Mosman, directeur van pensioenuitvoerder APG, toonde zich tevreden over de soepele overgang: “De 65.000 gepensioneerden die in januari zijn overgestapt, hebben op tijd het correcte pensioen ontvangen.” Volgens de Pensioenfederatie was een dergelijke stijging in het oude systeem niet mogelijk geweest vanwege de strikte buffereisen.
Geen grote problemen bij de overgang
Een van de grootste zorgen rond de invoering van het nieuwe pensioenstelsel was de complexiteit van de transitie. Het gaat om de herverdeling van zo’n 1500 miljard euro aan pensioenvermogen, verspreid over miljoenen deelnemers. Fouten in de administratie en onjuiste berekeningen lagen op de loer. Tot nu toe blijkt de overgang echter zonder grote problemen te verlopen.
Volgens Wim Koeleman, binnen APG verantwoordelijk voor de implementatie, zijn er belangrijke lessen geleerd: “Het is cruciaal om vroeg te beginnen, zodat eventuele fouten op tijd worden opgespoord en gecorrigeerd.” Dit is van groot belang voor de volgende grote transitie, die op 1 januari 2026 plaatsvindt. Dan stappen pensioenfondsen met in totaal 1,2 miljoen deelnemers over naar het nieuwe stelsel.
Politieke discussie over het pensioenstelsel
Ondanks het positieve nieuws is er nog politieke onzekerheid over de verdere uitrol van het stelsel. Partijen zoals NSC en BBB pleiten voor een referendum over de vraag of de opgebouwde pensioenen wel moeten worden meegenomen naar het nieuwe systeem. Als opgebouwde rechten achterblijven in het oude systeem, kan dat volgens de Pensioenfederatie leiden tot lagere uitkeringen in zowel het oude als het nieuwe stelsel.
De tekst gaat onder het X-bericht verder >>
3 fondsen hebben deze maand voor het eerst pensioenen uitgekeerd volgens het nieuwe pensioenstelsel. Het is de grootste verandering voor pensioenen ooit, die voor hoofdbrekens zorgt bij de fondsen. Ondertussen wil de politiek de regels alweer veranderen. https://t.co/YZrTiE7JEO
— Dieles Stolk (@DCSZ14) February 25, 2025
Nederland in internationaal perspectief
De Nederlandse pensioenhervorming staat niet op zichzelf. In andere Europese landen, zoals Spanje, worden soortgelijke aanpassingen doorgevoerd. In 2025 stegen daar de pensioenen met 2,8 procent voor contributieve pensioenen, terwijl gepensioneerden met een partner een verhoging van 9,1 procent ontvingen. Deze maatregelen zijn bedoeld om de koopkracht van gepensioneerden te beschermen tegen stijgende kosten van levensonderhoud.
De tekst gaat onder het X-bericht verder >>
“Daar staat tegenover dat de pensioenen ook verlaagd kunnen worden als de beleggingen tegenvallen en er minder geld in het potje zit”.
— Henk van Atteveld
En hier dreigt nu precies het gevaar in dit nieuwe pensioenstelsel. #casinopensioen https://t.co/xDWogbrGut(@hvatteveld) February 26, 2025
Wat betekent dit voor de toekomst?
De eerste resultaten van de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel zijn positief en tonen aan dat de hervorming in Nederland kan bijdragen aan hogere pensioenuitkeringen. De komende jaren zijn cruciaal om te zien hoe de transitie verder verloopt en welke impact economische ontwikkelingen en politieke beslissingen hebben op de stabiliteit van het nieuwe systeem.
Bronnen:
Parool, Rijksoverheid, accountant.nl