In Indonesië heeft de politie een vrachtwagen met meer dan 200 honden onderschept die onderweg was naar het slachthuis. 5 personen zijn in verband hiermee gearresteerd en worden aangeklaagd voor het schenden van dierenbeschermingswetten.
Ontdekking in Semarang
De vrachtwagen met levende honden werd ontdekt in de stad Semarang op het eiland Java. Irwan Anwar, hoofd van de politiemacht, geeft aan dat ze vorige maand al informatie over dit transport hadden ontvangen. Echter, het was pas gisteravond dat ze daadwerkelijk in staat waren het transport van de 226 dieren te stoppen.
Indonesië is een van de weinige landen waar de verkoop van honden- en kattenvlees nog is toegestaan, ondanks toenemende protesten tegen deze praktijk. Sommige steden, zoals Semarang, hebben de handel in honden- en kattenvlees al jaren lokaal verboden. Uit de eerste bevindingen van het politieonderzoek blijkt dat het plan was om de honden naar de stad Surakarta te brengen om te worden geslacht om het vlees daarna in West-Java te koop aan te bieden.
Reacties van dierenrechtenactivisten
Dierenrechtenactivisten hadden al in december melding gedaan van deze handelspraktijken. Ze benadrukten dat honden en katten niet als vee moeten worden beschouwd en niet voor menselijke consumptie mogen worden gebruikt. Yosua Pale, van Animals Hope Shelter Indonesia, pleit voor een totaalverbod op de verkoop van honden- en kattenvlees. Ook wordt de wrede manier waarop deze dieren worden geslacht sterk veroordeeld door actiegroepen.
De bekende markt van Tomohon op het eiland Sulawesi stopte vorig jaar met de verkoop van katten- en hondenvlees. Dit gebeurde onder druk van dierenrechtenorganisaties. Desalniettemin blijft de strijd voor dierenrechten in Indonesië een voortdurende uitdaging.
Bron: BD. Foto: Betyarlaca by Canva